Studie: 23% minder kans op overlijden met hemodiafiltratie


Translate
Select the tekst you want to translate and then choose ‘Translate’. You can choose to listen or to read the translated text.

Gepubliceerd op 28 June 2023

Hemodiafiltratie (HDF) leidt tot een betere behandeling is voor patiënten met nierfalen dan hemodialyse. Met deze dialysebehandeling neemt de kans op overlijden met 23 procent af. Het is een belangrijke doorbraak in de behandeling van patiënten met nierfalen. Verder onderzoek moet uitwijzen in hoeverre HDF ook de kwaliteit van leven verbetert.

Dit blijkt uit een groot Europees onderzoek onder leiding van nefroloog Peter Blankestijn en Michiel Bots, arts-epidemioloog uit het UMC Utrecht. Hemodiafiltratie is een vorm van dialyse maar werkt wat anders dan hemodialyse. De behandeling duurt even lang als bij ‘gewone’ hemodialyse en je bent ook hierbij verbonden aan een dialysemachine.

Bij HDF zorgt de dialysemachine voor een groot drukverschil tussen het bloed en de spoelvloeistof. De druk in de spoelvloeistof is veel lager dan de druk in het aangevoerde bloed. Daardoor bewegen water en afvalstoffen veel sneller door het filter naar de spoelvloeistof. De hoeveelheid water die je te veel verliest, wordt aangevuld met schone dialysevloeistof. Zo kunnen er meer afvalstoffen verwijderd worden. Ook lijkt het erop dat de bijwerkingen (vooral vermoeidheid na dialyse) minder zijn. In hoeverre dit echt het geval is, wordt nog verder onderzocht.

Belangrijke stap

“Deze behandeling duurt even langs als hemodialyse en moet even vaak gebeuren, namelijk driemaal per week 4 tot 5 uur”, zegt onderzoeker Peter Blankestijn. “De resultaten van ons onderzoek zijn een belangrijke stap voor patiënten met nierfalen. We hopen dat hemodiafiltratie wereldwijd vanaf nu uitgebreider toegepast kan worden. Tot nu toe was de dialysewereld een beetje verdeeld in believers en non-believers. Dus centra en nefrologen die dachten: ‘Dat is een goed idee, zo gaan we het nu doen.’ En anderen die redeneerden: ‘Het is nog niet bewezen dat dit de beste behandeling is.’ Ik geloof dat dit onderzoek dat nu wel bevestigd heeft.”

Thuisdialyse

Jasper Boomker, programmamanager nierfunctievervangende technologie bij de Nierstichting: "De resultaten van de studie zijn zeer bemoedigend. Het laat zien dat intensievere dialyse leidt tot een verbetering in de overleving. Tot nu toe was dat alleen een sterk vermoeden. We krijgen nu regelmatig de vraag of HDF beter is dan bijvoorbeeld thuishemodialyse. Maar een vergelijking is lastig te maken. Het gaat uiteindelijk over de hoeveelheid afvalstoffen die je uit het bloed haalt. Dat kan door te spoelen met een groter volume (zoals met HDF het geval is) of door juist langer en vaker te dialyseren zoals bij veel vormen van thuisdialyse. Het is nog te vroeg om te zeggen of HDF nu de standaard wordt." Op dit moment is het geen optie voor thuis, omdat de constante waterkwaliteit niet te garanderen en te controleren is.

Niet nieuw

HDF is overigens niet helemaal nieuw: een aantal patiënten in Nederland wordt al op deze manier behandeld en in een aantal dialysecentra wordt HDF standaard toegepast. Blankestijn: “Ik denk dat de belangrijkste voorwaarde of belemmering om het binnenkort overal toe te passen zit in twee dingen: de waterinstallatie en de dialysemachine moeten modern genoeg zijn om HDF toe te passen. En de verpleging moet goed geïnstrueerd worden, daar zal in het begin wel wat tijd in gaan zitten. Maar dat is allemaal geen rocket science hè."

Het soort behandeling hangt dus vooral af van de plek waar een patiënt gedialyseerd wordt, eerder dan van het soort nierziekte dat hij heeft. In principe is HDF geschikt voor iedere nierpatiënt.

Vervolgonderzoek

Een vervolgonderzoek gaat over de vraag of de nieuwe dialysemethode leidt tot een betere kwaliteit van leven. Alle patiënten die meededen aan het onderzoek hebben vragenlijsten ingevuld over dit onderwerp. “In totaal hebben we meer dan 10.000 ingevulde vragenlijsten geanalyseerd. We verwachten dat dat heel veel zinvolle informatie oplevert,” zegt Blankestijn. “Want veel patiënten vinden het belangrijker dat hun levenskwaliteit verbetert dan de lengte van het leven." De resultaten van dit onderzoek worden eind 2023 verwacht.